204
13 FEBRUARI 1935.
WATERLEIDINGBEDRIJF.
Algemeene beschouwingen worden niet gehouden, zoodat
onmiddellijk wordt overgegaan tot de artikelsgewijze behan
deling.
Volgnummer 3. Meterhuur.
De heer BROOS zegt het volgende
Mijnheer de Voorzitter.
Nu Burgemeester en Wethouders voorstellen een huur
van watermeters te heffen ad. 1,- per kwartaal, tot een
totaal bedrag van 32.000,per jaar en deze huur niet in
het belang van het bedrijf, maar in den vorm van belasting
wordt geheven, had ik liever gezien, dat het genoemd bedrag
slechts voor een gedeelte, namelijk 16.000,werd ver
kregen door meterhuur en de overige 16.000,door ver
hooging van het watertariefniet om het verschil in het te be
talen bedrag, want 1,per kwartaal voor meterhuur of
0.50 voor meterhuur plus een verhooging van 0.25 voor
het waterverbruik is zoo gering, namelijk 25 cent per kwar
taal, dat daarvoor bezwaarlijk een ander voorstel kan wor
den gedaan, maar de reden waarom ik aan dit laatste de
voorkeur zou geven is deze, dat die ƒ32.000.alleen als
een hoogere belasting betaald zal worden voor de 7340
watermeters met een doorlaatruimte tot 15 m.M. en dat
de overige van deze belasting worden vrijgesteld. Ook
staat de te betalen huur van die watermeters niet in ver
gelijking of verhouding tot het te betalen bedrag voor het
verbruikte water.
Nu echter, blijkens de algemeene beschouwingen, de frac
tie-voorzitters en de Wethouder der Bedrijven afwijzend
staan tegenover tariefsverhooging, wensch ik, ter voorkoming
van onnoodige discussies, geen voorstel tot wijziging van het
watertarief te doen.