212
13 FEBRUARI 1935.
fing doen, doch hij hoopt, dat zoodanig voorstel spoedig
van de collegetafel komt.
De heer KUIJLAARS zegt het volgende
Mijnheer de Voorzitter.
Het is nu niet gewenscht om de veemarkt op te heffen.
Dat de aanvoer niet zoo groot is als wij wel wenschen, vindt
zijn oorzaak in het feit, dat de Ned, Rundvee-Centrale het
verplichtend heeft gesteld crisisrunderen te leveren immers,
indien men verplicht wordt een zeker aantal vee te leveren,
blijft de vrije levering achterwege men houdt het liefst zijn
veestapel zooveel mogelijk op peil. Ik ben het dan ook vol
maakt met het College van Burgemeester en Wethouders
eens, waar dit bij punt 1 van de Memorie van Toelichting,
met betrekking tot de veemarkt zegt .Zoodra alle crisis
maatregelen opgeheven zijn en de vrije handel hersteld is,
zal blijken of de markt al dan niet bestaansrecht heeft". Ik
zou dan ook normale tijden willen afwachten. Het antwoord
van Burgemeester en Wethouders op een desbetreffende
opmerking in het Centraal Rapport is ook volkomen juist,
namelijk ,,De veemarkt bevordert het bezoek aan Breda
van inwoners uit de omliggende gemeenten, hetgeen niet
zonder belang is". Wat wordt er niet gedaan in Breda
om vreemdelingen te trekken De Raad geeft gaarne sub
sidie aan een vereeniging, die dat bevordert. De menschen,
die 's Maandags naar de veemarkt komen, bevorderen het
verkeer men doet zaken, al is het dan niet altijd het koopen
of verkoopen van een rund of biggen, maar toch alle zaken,
die het boerenbedrijf raken. Die beweging is dan ook goed
te noemen. Ook moet men hierbij denken aan de paarden
markt, de hengstenkeuringen en de fokveedagen, die hier
gehouden worden men bezit hier in het veemarktterrein een
plaats, waar men alle dergelijke zaken kan onderbrengen.
Door de opheffing der veemarkt blijven de lasten toch voor
het grootste deel drukken op de Gemeente, Men denke ook