13 FEBRUARI 1935.
233
jen De heer COHEN zegt, dat het hem speciaal gaat om de
,pen verkeerde voorlichting de verkoop geschiedde niet op het
hikt Stadserf, maar vóór het Politiebureau.
den, De VOORZITTER zegt, dat zulks een vergissing kan
den zijn hij zal nagaan in hoeverre die vergissing ontstaan is.
Wat den politiecursus betreft, meent Spr, te mogen
te verwijzen naar het in het vorig jaar door hem daarover
dat uitgebracht uitvoerig rapport hij acht zich daarom van een
den. bespreking ontslagen. Slechts wil Spr. nog opmerken, dat
van het logisch is, dat de agenten, die den cursus niet bezoeken,
:hen niet steeds zoo ,,bij" zijn als de andere. Dat de agenten, die
10 a 12 jaren den cursus hebben gevolgd, wegblijven, is
men niet kwalijk te nemen, wanneer onderwerpen, welke zij vol-
oog komen beheerschen, worden behandeld Spr. vindt daar-
>ge~ entegen, dat voor nieuwe dingen, alle agenten behooren te
aar- komen men denke b. v. aan de nieuwe verkeersverordening.
aeer Dat de cursus dus nut heeft, is hiermede bewezen. Er zit
Spr. ook niets krenkends voor de oudere agenten in, wanneer
de zij dan dien cursus bezoeken men kan niet beweren, dat de
her- j menschen, die niet op den cursus komen, op gelijke hoogte
van blijven als de anderen,
erre
l is. De heer MARTENS wijst er op, dat de Voorzitter
den, gesproken heeft over enkele tooneelstukken, welke zouden
zijn verboden. Spr. zegt, dat het er 5 of 6 zijn In één
w. stukje moest één regel geschrapt worden. Bovendien wil
sus. Spr. er op wijzen, dat het Arbeidsbureau voor goede
tge- stukken zorg draagt. De stukken worden te voren gekeurd
i en door drie letterkundigen. Spr. heeft verschillende plaat
van sen opgenoemd, waar de stukken opgevoerd mochten worden;
oor- Breda is de eerste plaats waar zulks niet mocht. Spr.
stief vindt, dat de politie-ambtenaren te veel hun eigen ziens
van wijze volgen. Spr. heeft wel eens naar stukken moeten
grijpen, die niet in den smaak vielen daartegenover heeft
hij ook wel eens met tegenzin een stuk naar voren moeten