13 FEBRUARI 1935. 235 zegt Spr dat niet met twee maten wordt gemeten. Spr. herinnert zich, dat een week of vier geleden een stuk door hem is toegelaten toch was de vraag over de al- of niet-toe- lating dubieus. Ten slotte is toestemming tot opvoering gegeven. Er is geen sprake van. dat met twee maten wordt gemeten. Bij het beoordeelen staat men dikwijls aan den rand van doorlaten of niet doorlaten. Nogmaals wijst Spr. er op, dat die beoordeeling voor door de Gemeente gesub sidieerde vereenigingen vrij gemakkelijk is, omdat men daar andere eischen kan stellen, althans goeden invloed uitoefenen. Spr. heeft de opmerkingen van den heer Martens gehoord hij zal niet minder ernstig dan vroeger de stukken bestudeeren overigens begrijpt hij volkomen de moeilijk heid, waarin een vereeniging verkeert, indien op het laatste moment een stuk wordt afgekeurd. Hij vraagt zich echter af, of dit niet het gevolg is van het niet op tijd indienen van het stuk. De heer MARTENS zegt, dat zulks wel eens door den Commissaris van Politie beweerd is. Spr moet dit echter pertinent ontkennen. Hij is zelf regisseur van den Bond van Arbeiders-Tooneelvereenigingen en kan als zoodanig ver klaren, dat de tooneelstukken steeds op tijd ter beoordeeling zijn toegezonden. Hiermede worden de algemeene beschouwingen gesloten en overgegaan tot artikelsgewijze behan deling van dit hoofdstuk. Volgnummer 379, Kleeding en uitrading der politiedienaars en veldwachters. De heer VAN DER VEN wijst er op, dat deze post met j 600.is verhoogd, niettegenstaande het vorig jaar op bezuiniging is aangedrongen. In het Centraal Rapport wordt op vermindering der toelage voor schoenen en handschoenen aangedrongen. Spr. zegt dienaangaande, dat, wanneer

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1935 | | pagina 235