256 14 FEBRUARI 1935. „weinige extra werk, dat de Gemeente .onderneemt, lijkt de „mogelijkheid niet uitgesloten, dat Openbare Werken, wat „het personeel betreft, te zwaar belast is. Bestaat in ver- „band daarmede niet de mogelijkheid, bij eventueele vaca tures, deze niet aan te vullen Ik meen, dat zelfs meerdere leden in hun algemeene be schouwing hierop de aandacht hebben gevestigd. Ook ik, Mijnheer de Voorzitter, moet beamen, dat bij Openbare Werken nog veel te bezuinigen valt. Ik denk hierbij aan meer bezuiniging bij het aankoopen van materiaal. Men behoeft toch altijd niet het duurste en het beste te hebben Het kan tóch wel goed zijn, als men, vooral in dezen tijd, nu men zich zulke groote uitgaven niet meer kan veroorloven, van de eischen, die men stelt, een beetje laat vallen: Ik denk hierbij aan studie-objecten, aan het maken van mo dellen, aan de uitvoering van werken in werkverschaffing, hetgeen gebeurt onder toezicht van de Nederlandsche Heide- Maatschappij, terwijl onze technische ambtenaren meer kunnen presteeren en ook meer bevoegdheden bezitten dan de opzichters van de Heide-Maatschappij. Uitvoering van die werken onder toezicht van onzen technischen dienst zou een belangrijke bezuiniging met zich brengen. Mijnheer de Voorzitter, ik zou naar aanleiding hiervan nog een vraag willen stellen Wordt men, als gemeente bestuur, van hooger hand verplicht mede te helpen, het geld uit de Staatskas over te hevelen naar een particuliere maatschappij, die aan niemand rekening en verantwoording behoeft te doen en zoodoende tracht het particulier initiatief ten onder te brengen Mijnheer de Voorzitter, wanneer men niet alleen bij den dienst der Beplantingen stil blijft staan om bezuiniging toe te passen, doch dit ook bij Openbare Werken doet, dan voor zie ik, dat dit jaar het bedrag der uitgaven nog heel wat zal slinken. De heer KROONE wil het verzoek van den heer Van.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1935 | | pagina 256