18 MAART 1935.
311
e. d.d. 6 Maart 1935, G. no. 181, houdende goedkeuring
van het raadsbesluit van 12 Februari j.L, tot het koste
loos aanvaarden van een strookje- grond, gelegen aan de
Oranjelaan, van A. Helmonds;
d.d. 13 Maart 1935, G. no. 404, houdende goedkeuring
van het raadsbesluit van 12 Februari j.L, tot vaststelling
eener verordening, regelende de gevallen, waarin en de
regelen naar welke aan gewezen wethouders der ge
meente Breda en aan hun weduwen en weezen pensioen
wordt verleend.
2. Schrijven van de Gedeputeerde Staten voornoemd, d.d.
23 Januari 1935, G. no. 313, geleidende een afschrift van het
Koninklijk Besluit van 15 Januari 1935, no. 53, waarbij goed
keuring is verleend aan het raadsbesluit tot wijziging van de
verordening tot heffing van bruggeld.
3. Schrijven van de Gedeputeerde Staten voornoemd, d.d.
23 Januari 1935, G. no. 313, geleidende een afschrift van het
Koninklijk Besluit van 15 Januari 1935, no. 53, waarbij goed
keuring is verleend aan het raadsbesluit tot wijziging van de
verordening tot heffing van liggeld.
4. Schrijven van de Gedeputeerde Staten voornoemd, d.d.
27 Februari 1935, G. no. 276, geleidende een afschrift van het
Koninklijk Besluit van 12 Februari 1935, no. 25, waarbij goed
keuring is verleend aan het raadsbesluit tot vaststelling van
een verordening op de heffing van opcenten op de personeele
belasting.
5. Besluit van de Gedeputeerde Staten voornoemd, d.d. 6
Maart 1935, G. no. 348, houdende verdaging van hun beslis
sing op de ter goedkeuring ingezonden Bouwverordening
dezer gemeente.
6. Schrijven van Burgemeester en Wethouders, daarbij
