328
18 MAART 1935.
beter leent voor uitvoering in eigen beheer, omdat het maar
bij stukken en brokken uitgevoerd zal worden. Mocht het
evenwel worden aanbesteed, dan zal met den wensch van den
heer Meijvis zooveel mogelijk worden rekening gehouden.
De heer VAN KEEP vraagt, of het niet mogelijk is hoo
rnen langs den weg te planten.
Wethouder VAN MIERLO antwoordt, dat zulks niet zal
gaan voor zoover het Rijksweg is; de Gemeente heeft daar
geen plantrecht.
Zonder verdere opmerkingen wordt daarop con
form het voorstel van Burgemeester en Wethou
ders besloten.
32. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot het
aangaan van een nieuwe overeenkomst met het Rijk, betref
fende den aanleg van een gedeelte van den rondweg om
Breda, luidende als volgt:
,,In Uw vergadering van 24 Mei 1934 (zie gedrukte notu-
,,len bldz. 245) werden wij gemachtigd tot het aangaan met
,,het Rijk van een overeenkomst terzake het aanleggen van
,,een gedeelte rondweg om Breda onder voorwaarden, vermeld
,,in een bij het voorstel gevoegde ontwerp-overeenkomst.
„Nadien is vanwege de Rijkswaterstaat verzocht alsnog
„eenige wijzigingen aan te brengen. Aangezien deze niet van
„principieelen aard waren, kon daarmede accoord worden
„gegaan. Het resultaat dezer nadere onderhandelingen is
„neergelegd in de hierbijgaande ontwerp-overeenkomst met
„daarbij behoorende teekening. De aangebrachte wijzigingen
„blijken uit een in groen gewijzigd exemplaar der eerste ont
werp-overeenkomst.
„Wij hebben de eer U voor te stellen in te trekken Uw
„desbetreffend besluit van 24 Mei 1934 en ons te machtigen
„een overeenkomst aan te gaan met het Rijk terzake het aan-
„leggen van een gedeelte rondweg om Breda onder de voor-