406
26 APRIL 1935.
„wet-inspectie een onderdeel ging uitmaken van het Staats
toezicht op de Volksgezondheid, en met het uitgesproken
„inzicht, dat de strijd tegen het alcoholisme is en zou zijn een
„sociaal-hygiënisch werk, waarbij voeling en rekening moet
„worden gehouden met sociale en hygiënische factoren.
„Drankmisbruik heeft gevolgen voor het gezin en voor de
„geheele samenleving; het wreekt zich ook aan het nageslacht.
„Het drankmisbruik is niet uitsluitend gelegen in misbruik dat
„zich door dronkenschap kenmerkt, maar men heeft het voor
„een belangrijk deel te zien in het geregeld te veel gebruiken,
„zij het dan dat dit gebruik niet tot dronkenschap voert. Studie
„en ervaring hebben geleerd, dat het gevaar misschien minder
„schuilt in de openbare dronkenschap, maar meer in de gevol-
„gen van physiek- en moreel verval, welke zich doen gelden
„bij personen, die, ook al zijn zij nooit dronken, geregeld in
„zekere mate alcohol gebruiken. In dit licht bezien, is het voor
„deze gemeente van belang een rem aan te leggen aan de
„verleiding tot drankgebruik, welke rem is te vinden in een
„verlaging van het maximum-aantal vergunningen.
„Betreffende het tweede punt zij het volgende opgemerkt.
„De Drankwet heeft het aantal drankvergunningen vast
gekoppeld aan het inwoner-aantal. Voor deze gemeente is het
„maximum 1 op 400 inwoners. Berekend naar het aantal in-
„woners op 31 December 1934 mogen er in Breda 122 drank-
„vergunningen zijn. Er zijn behoeften van verschillenden aard,
„kracht en intensiteit. Hierbij moet men bedenken, dat de
„wet altijd iets boven den massa-standaard grijpt, waardoor
„de daarin genoemde maatstaf voor een bepaalde gemeente
„niet juist blijkt te zijn. Dit is, naar onze meening, ook voor
„Breda het geval. Breda is betrekkelijk klein in opper
vlakte; daardoor zijn de drankgelegenheden op vrij geringen
„afstand van elkaar gelegen. In de behoefte kan daarom ruim-
„schoots worden voorzien door een geringer aantal drankge-
„legenheden. Ook uit dezen hoofde kan tegen een verminde-
„ring van het aantal gelegenheden, waarin met vergunning
„sterke en zwak-alcoholische dranken worden verkocht, geen
