14 JUNI 1935.
483
Uit het vele wat daarover toen in den Raad is gesproken,
worde hier het volgende voor het voetlicht gebracht
Vergadering van 22 Mei 1925
„De Voorzitter verwacht dan ook, dat de Raad zich
„te hoog zal achten om ten aanzien van een particulieren
„dienst over een dienstregeling, een tarief of loonen in de
„toekomst herhaaldelijk te gaan debatteeren."
„De heer B o g m a n s vreest van exploitatie in handen
„van particulieren binnen een jaar of drie een autobusmisère.''
Op 29 September 1925 bieden Burgemeester en Wethouders
aan den Raad ter kennisneming een afschrift van de over
eenkomst met de N.V. „Monopol" tot het instellen en
onderhouden van een autobusdienst.
Op 11 November 1925 brak een conflict uit bij de N.V.
„Monopol".
Oorzaak: Chauffeurs werden ontslagen, omdat zij zich
hadden georganiseerd, terwijl de loonen vanaf den aanvang
van het bedrijf aanmerkelijk lager waren dan door den
Raad werd vastgesteld. Na dat ontslag werden menschen
in dienst gesteld, niet in het bezit van de verklaring genoemd
in het met de Gemeente gemaakt contract.
Uit de notulen blijkt verder, dat er geen overeenstemming
bestond tusschen Burgemeester en Wethouders en den Raad
in zake het begrip loon.
De groote meerderheid van den Raad, alsmede verschil
lende personen, die destijds hadden deelgenomen aan een
geopende inschrijving voor het autobusbedrijf, waren van
oordeel, dat fooien niet vallen onder het begrip loon.
En nu de taxi-misère.
Uit het voorgaande is gemakkelijk af te leiden, dat een
zich snel ontwikkelend geheel nieuw taxi-bedrijf in een
ongekenden crisistijd een welkome voedingsbodem vindt voor
ontwikkeling van die krachten, waartegen in voorgaande
bedrijfsvormen reeds werd opgetornd.
In normale tijden zou onder de thans heerschende ver-