524 18 JULI 1935. De heer SCHRAUWEN rapporteert, namens de sub 3 genoemde commissie, het volgende: „De Commissie, belast met het onderzoek van de geloofs- „brieven der op 27 Juni j. 1. benoemd verklaarde leden van „den Raad dezer gemeente: R. J. Martens, J. A. Meijs, „J. M. M e ij v i s, Mr. E. L. H. M. van M i e r 1 o, „A. C. B. van Arendonk, Th. Spoelde r, Mr. „A. A M. Struiken, H. J. van der Ven en Ir. „F. S A. van der Werf, heeft de eer Uw Raad „mede te deelen, dat zij de geloofsbrieven en de daarbij „overgelegde bescheiden van deze benoemd verklaarde „leden heeft onderzocht en in orde bevonden en dat haar „ten aanzien van geen dezer is gebleken, dat er eenig „beletsel bestaat voor de toelating als raadslid, weshalve „zij de eer heeft Uw Raad voor te stellen, bovengenoemde „benoemd verklaarden als lid van den Gemeenteraad toe „te laten." Niemand der leden hiertegen eenige bedenking te kennen gevende, noch stemming verlangende, wordt dienovereenkomstig besloten. De VOORZITTER dankt de Commissies voor het ge houden onderzoek en het uitgebracht rapport. 15. Adres van H. van Lier te Ginneken, verzoekende ontheffing van art. 15 der Bouwverordening, voor het ver bouwen en uitbreiden van een perceel aan de Kloosterlaan, kadastraal bekend Sectie B. no. 6220. De VOORZITTER geeft in overweging, dit adres te stellen in handen van Burgemeester en Wethouders om prae-advies. Dienovereenkomstig wordt besloten. 16. Adres van J. C. A dank alhier, verzoekende ont-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1935 | | pagina 524