576 18 JULI 1935. „Het komt ons wenschelijk voor, zulks ter voorkoming „van onnoodig werk, dat deze voor onbepaalden tijd zal „gelden. Bovendien laat de toestand zich niet aldus aanzien, „dat de eerstvolgende jaren van intrekking dezer belasting „sprake zal kunnen zijn. „Wij hebben derhalve de eer U voor te stellen de ver ordeningen op de heffing en invordering opnieuw vast te „stellen overeenkomstig het hierbijgaand exemplaar." De heer VAN KEEP zou willen voorstellen, deze be lasting af te schaffen en er iets anders voor in de plaats te stellen, aangezien de straatbelasting te zwaar drukt op de huiseigenaren. De heer CRUL wil gaarne met het voorstel van den heer Van Keep medegaan, indien deze aangeeft, wat hij voor de straatbelasting in de plaats denkt te stellen. Wethouder VAN BUITENEN vraagt, waar men, als deze belasting, welke 90 mille opbrengt, wordt afgeschaft, dat bedrag vandaan denkt te halen? Spr. ziet er geen kans voor, het op een andere manier te vinden. Daarop wordt conform het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. De heer VAN KEEP verzoekt aanteekening in de notulen, dat hij tegen dit voorstel is. De VOORZITTER: Ook zonder dat U iets anders daarvoor in de plaats weet te stellen? De heer VAN KEEP antwoordt bevestigend. 42. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot wijziging van de verordening op het heffen van vergun ningsrecht, luidende als volgt:

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1935 | | pagina 576