592
18 JULI 1935.
De heer VISSER zegt, dat Burgemeester en Wethouders
nu wel betere loonen verwachten, maar dat die verbetering
niet komt. Het Burgerlijk Armbestuur heeft termen gevonden
om de chauffeurs te steunen. Hieraan zitten z. i. gevaarlijke
consequenties vast; immers, het kan voor andere bedrijven
een aanmoediging zijn om ook over te gaan tot het uit
betalen van zulke lage loonen.
De VOORZITTER is het met den heer Visser eens,
dat de houding, door het Burgerlijk Armbestuur in deze
aangenomen, met het oog op de consequenties gevaarlijk
is. Burgemeester en Wethouders hebben dan ook het Bur
gerlijk Armbestuur daarover onderhouden en het verzocht
van verdere steunverleening aan het taxi-personeel af te
zien, ook omdat die steunverleening loondrukkend werkt.
De heer VISSER zegt, dat het niet zijn bedoeling is, te
bewerken, dat het Burgerlijk Armbestuur zijn beschermende
hand van die werknemers aftrekt.
De heer KROONE dringt er bij Burgemeester en Wet
houders op aan, dat dezen bij de taxi-ondernemingen aan
dringen op het tot stand komen van een spoedige over
eenstemming met de personeelsorganisaties.
Wethouder VAN BUITENEN merkt op, dat men geen
twee dingen door elkaar moet halen: het verkrijgen van
een goede regeling van het taxi-verkeer, die nog in ont
wikkeling is, en van regeling der arbeidsvoorwaarden voor
het taxi-personeel. Dit laatste is de natuurlijke taak van de
belanghebbende organisaties; de overheid moet daar zoo
lang mogelijk afblijven. Van eenig resultaat van overleg
tusschen de organisaties der chauffeurs en die der onder
nemers, is niets gebleken. Burgemeester en Wethouders
hebben dan ook aan die organisaties geschreven, dat zij
moeten trachten, met de werkgevers tot overeenstemming