18 JULI 1935. 603 van 9 Mei t.v. nr. 11084, MI, circ. afd. V mededeelde, dat de Regeering had teruggenomen den maatregel om den loop tijd der bouwvoorschotten te verlengen tot 75 jaar. De Mi nister deelde daarbij mede, dat de Regeering, om toch de noodige huurverlaging te kunnen bereiken, als regel bereid zou blijken de bijdragen te verhoogen of een nieuwe bijdrage toe te kennen, waarbij de gemeente lj3 van de verhooging of de nieuwe bijdrage zal moeten voegen. Bij het naar aanleiding van deze circulaire ten departemente gevoerde overleg is gebleken, dat ook de bepaling der cir culaire van 2 Januari 1935 i.z. de samenvoeging van de ver schillende rijks voorschotten, vermoedelijk geen doorgang zal vinden, hetgeen weder extra lasten op de gemeente zal leggen, daar nu de winst op sommige complexen der N.V. Volks huisvesting gemaakt, niet meer voor 100 doch, in verband met het bepaalde in artikel 29 lid c van het Woningbesluit, slechts voor 80 in mindering van het verlies op de andere complexen kan worden gebracht. Het gevolg van een en ander is, dat ongewijzigde invoering der berekende huurverlagingen de jaarlijksche gemeente- bijdrage zal doen stijgen tot rond 20.500, terwijl deze zonder intrekking der circulaires rond 12.000 zou hebben bedragen. In overweging is thans om door eenige verhooging der oorspronkelijk berekende huren de stijging van het nadeelig saldo te verminderen. Omtrent deze verhooging is overleg met den Directeur-Generaal van de Volksgezondheid gaande. Burgemeester en Wethouders van Breda, VAN SONSBEECK, burgemeester. JONKERGOUW, secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1935 | | pagina 603