62
9 JANUARI 1935.
houders zijn om voortaan maar vast vooruit te loopen op
's Raads beslissingen.
De heer MEIJVIS vestigt de aandacht op het feit, dat
Wethouder Van Mierlo niet voldoende heeft doen
uitkomen, dat zoowel in de Commissie van georganiseerd
overleg voor de ambtenaren als in die voor de werklieden
belangrijke reserves gemaakt zijn ten opzichte van het aan
vaarden der voorgestelde korting. Het politiepersoneel gaat
er zelfs onder geen voorwaarde mede accoord.
De VOORZITTER maakt er den heer M e ij v i s op
merkzaam op, dat de zaak zelve thans niet aan de orde is.
Wanneer dit het geval was geweest, dan zouden Burge
meester en Wethouders allereerst een woord van deernis
hebben doen hooren, dat zij zich genoodzaakt zagen met
dat voorstel te komen.
De heer COHEN spreekt de verwachting uit, dat de
Voorzitter in de volgende vergadering zal kunnen mede-
deelen, dat het georganiseerd overleg voor het politie-per-
soneel is tot stand gekomen volgens de daarvoor door de
wet voorgeschreven bepalingen.
De VOORZITTER hoopt den heer Cohen alsdan een
gunstig antwoord te kunnen geven.
Zonder verdere bedenkingen wordt daarop con
form het voorstel van Burgemeester en Wethou
ders besloten.
Alsnu sluit de VOORZITTER de vergadering.
De Voorzitter,