29 AUGUSTUS 1935. 647 van het personeel bij het gepleegde overleg komt een goede bedrijfsregeling niet ten goede. Dit moge blijken uit het vol gende antwoord van een chauffeur op een door mij gestelde vraag, hoe de thans geldende regeling werkt: „Een vast loon van ƒ3,— per week biedt voor een man, belast met het onderhoud van een gezin, geen houvast. Ook niet met een bedrag van 10 van het oprijgeld. Ook dan nog blijft het een vogel in de lucht. Dit wordt door het Bur gerlijk Armbestuur ook zoo gevoeld, gezien de uitgekeerde steunbedragen. Wij achten een inkomen van 20 van de bruto-ontvangst met een garantieloon van 10.— per week mogelijk en gerechtvaardigd. Volgens de gestelde voorwaarden kunnen Burgemeester en Wethouders invloed uitoefenen op het loon en den arbeids tijd van de chauffeurs in het luxe-autobedrijf. In het station- neerend bedrijf echter alleen op den arbeidstijd, niet op het loon. Het onhoudbare daarvan springt in het oog. De patroons zijn verplicht geworden lijf en goed van de inzittenden te ver zekeren, niet van de chauffeurs. De nieuwe regeling voldoet ook niet. Dit is een ergernis voor de politie, voor de patroons en voor de chauffeurs. Wijl uit de practijk blijkt, dat in Breda practisch maar één standplaats is, waar men laden kan, is het vanzelfsprekend, dat iedere chauffeur daar naar toe rijdt. Gevolg: er worden meer plaatsen ingenomen op die stand plaats dan is toegestaan. De politie waarschuwt de chauffeurs wel, doch dat helpt niet voldoende. Intrekking van de rijver gunning voor b.v. 3 dagen, bij wijze van straf, neemt de oor zaak niet weg. Nu kan deze standplaats ontlast worden, wan neer ieder bedrijf voor eigen werk, eigen wagen mag opbellen Dit is echter verboden. Het werk moet worden doorgegeven aan de eerstvolgende wagen. Dit gebeurt niet. Gevolg hier van is: bevriende bedrijven geven het werk aan elkander door, dus van garage naar garage en de stationneerende chauffeur blijft staan. Naar andere standplaatsen wordt niet gereden, omdat daar geen kans of nagenoeg geen kans van laden is. En daar het loon van den chauffeur verbonden is aan het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1935 | | pagina 647