29 AUGUSTUS 1935. 649 dat de bedrijven niet verder kunnen gaan dan 10° 0 van de bruto opbrengst met 3,— garantieloon. De bedrijf suitkom- sten laten geen hooger loon toe. En zulks onder de nieuwe tarieven met een 72-urige werkweek. Zonder ingrijpen van Burgemeester en Wethouders verwachten wij nog een heelen strijd. Ondertusschen kan het Burgerlijk Armbestuur door gaan met steuntoeslag aan steeds meerdere chauffeurs te geven. Wanneer de bedrijven alleen in stand kunnen blijven zoolang de arbeiders zich gratis of bijna gratis beschikbaar stellen, verdient dan inkrimping van het bedrijf geen over weging? Verwacht wordt, dat de chauffeurs het publiek met de grootste voorkomendheid zullen behandelen. Dit hebben we steeds gedaan, maar men moet niet meenen, dat wij dezen toestand als blijvend kunnen aanvaarden. Herziening van dezen toestand in het taxi-bedrijf, den slechtsten van het ge- heele land, is van groot sociaal belang." Mijnheer de Voorzitter, ik vraag U thans, waarom daar mede gewacht tot het uiterste? De historische ontwikkeling heeft er toe geleid, dat daar, waar de overheid regelend op treedt, het particulier initiatief reeds lang te voren zich zoo danig heeft genesteld, dat ingrijpen van overheidswege als hinderlijk wordt gevoeld. Wie daarvoor uit den weg gaat of zich te veel door principieele bezwaren laat leiden, kan voor de gemeenschap geen goed werk verrichten. De chauffeurs hebben gevolg gegeven aan Uw uitdrukkelijk verlangen, dat eerst overleg moet komen tusschen werkgevers en werknemers. Dat overleg heeft plaats gehad op een weinig toeschietelijke wijze van patroonszijde. Het resultaat is U bekend. Dat thans de Raad van zijn gevoelen doet blijken. Ik handhaaf dus mijn ingediende motie. De heer KROONE deelt mede, dat hij zich in verbinding heeft gesteld met de organisaties. Hij is daardoor te weten gekomen, dat de onderhandelingen met de werkgevers nog hangende zijn; men heeft een onderhoud aangevraagd om

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1935 | | pagina 649