30 OCTOBER 1935.
765
„plan heeft vereenigd, stellen wij U voor, tot uitvoering
„te besluiten en ons college op de begrooting 1935 het daar-
„voor noodzakelijke crediet van 4950.— te verleenen."
Zonder eenige bedenking wordt dienovereen
komstig besloten.
43. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, om de
verordeningen op de heffing en invordering van rechten voor
het Openbaar Slachthuis opnieuw vast te stellen, luidende als
volgt:
„De verordening op de heffing van rechten voor het Open
baar Slachthuis (Gemeenteblad no. 579) is bij Koninklijk
Besluit van 19 September 1934 slechts goedgekeurd tot 1
Januari 1936. Derhalve zal deze opnieuw door Uwen Raad
moeten worden vastgesteld. Wijzigingen in de tarieven be
hoeven daarbij niet plaats te hebben. Alleen verdient het aan
beveling de eerste en laatste alinea van artikel 5 der bestaande
verordening, bepalende de bedragen, verschuldigd voor cellen
in het koelhuis en de vriesruimte, niet over te nemen, omdat
het in het voornemen ligt deze in de toekomst tegen een zeker
bedrag aan belanghebbenden te verhuren. Een voorstel dien
aangaande zal afzonderlijk worden aangeboden.
Wij hebben de eer U voor te stellen, de verordeningen op
de heffing en invórdering van rechten voor het Openbaar
Slachthuis vast te stellen overeenkomstig bijgaande ontwer
pen."
De heer COHEN verklaart, eenigszins verwonderd te zijn
over het feit, dat hier een wijziging van de heffingsverorde
ning wordt voorgesteld, waarover de Slachthuiscommissie niet
is gehoord: zulks leidt tot willekeurige heffing.
De VOORZITTER antwoordt, dat hetgeen gewijzigd
wordt, zich beperkt tot het uit de verordening lichten van de
tarieven voor het gebruik van cellen in het koelhuis en de
vriesruimte. Als lid der Slachthuiscommissie kan de heer