12 FEBRUARI 1935. 77 verleend op een basis, die de aangeslagenen meenden toen nog te kunnen voldoen, dit door de verhooging van deze belasting in de vorige raadsvergadering, alsmede door ver ergering van de slechte economische toestanden, zooda nige moeilijkheden medebrengen, dat, indien de belasting administratie haar standpunt van algeheele betaling hand haaft, executies het gevolg zullen zijn, wat naar mijn meening noch in het belang der belasting-administratie zelve, doch zeker niet in het belang der gemeente Breda zal zijn. Immers, in een dergelijk geval komen de verschuldigde belastingpen ningen met geen mogelijkheid uit den boedel en bovendien wordt daarmede het belastbaar object te niet gedaan. Voor zoo' n belastingschuldige staat executie van zijn bedrijf vrij wel gelijk met algeheelen ondergang, aangezien hij steeds het restant schuldig blijft, zoodat opnieuw beginnen voor hem onmogelijk wordt, omdat dan wederom belastingschuld volgt. Deze executie brengt voor den belastingschuldige bovendien nog een extra nadeel mede Artikel 26 der Drank wet noodzaakt den bezitter van een vergunning voor den verkoop van sterken drank, dat deze door hem zelf moet worden uitgeoefend. Daar door executie de exploitatie onmo gelijk wordt gemaakt, kan de vergunning niet worden uit geoefend en, daar artikel 32 der Drankwet zegt, dat vergun ningen, waarvan gedurende drie maanden geen gebruik is gemaakt, moeten worden ingetrokken, brengt dit alles bijeen den algeheelen ondergang voor den exploitant van deze bedrijven. De Raad heeft thans driemaal een afwijzende houding aan genomen tegenover een dergelijk adres als het onderhavige en wel omdat de Gemeente met het oog op haar financieelen toestand geen gebruik kon maken van de bevoegdheid, haar verleend bij de reeds zoo dikwijls aangehaalde wet tot wijzi ging van de personeele belasting. De moeilijkheden zijn thans dermate verergerd, dat thans niemand meer geneigd is ook maar eenige financieelen steun aan deze bedrijven te ver- leenen. Ik hoop hiermede in het belang dezer ondernemingen,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1935 | | pagina 77