28 NOVEMBER 1935. 809 van Bussum onder de aandacht van den Raad meenden te moeten brengen, bezwaren waarvan een belangrijk deel ooi, voor Breda van toepassing is, dan krijgt men eenigszins een denkbeeld van de moeilijkheden, die aan een gemeentelijke regeling verbonden zijn. In het bijzonder vestig ik hier de aan dacht op wat Burgemeester en Wethouders van Bussum ten zevende opmerken. ,,In de zevende plaats rijst de vraag, of voldoende inzicht „bestaat in de omvangrijkheid van de taak, welke de over- „heid straks op dat terrein zal hebben te vervullen. Immers, „niet alléén zal het aantal en het soort der gevestigde winkel bedrijven nauwkeurig dienen te worden geregistreerd, maar „ook zal zorgvuldig van elk winkelbedrijf moeten worden ge registreerd, welke artikelen en waren in dat bedrijf worden „verkocht. Een ieder zal begrijpen, welke financieele lasten „uit die taak voor de publieke kas zullen voortvloeien, als men „bedenkt, met welk een aantal ambtenaren de overheid haar „ambtenarencorps zal hebben uit te breiden voor de uitvoering „eenerzijds van de subtiele taak van het wikken en wegen der „behoeften en van de beoordeeling van de geschiktheid en be- „kwaamheid van den gegadigde voor een winkelbedrijf, en „anderzijds van de zeer omvangrijke taak, gelegen in de „registratie van het aantal en de soort der gevestigde winkel bedrijven en van het aantal van de in elk winkelbedrijf ver- „kochte artikelen, en in het toezicht op de naleving van een „verordening, welke uitbreiding van het aantal winkelbedrij- „ven en van de in elk winkelbedrijf verkochte artikelen en „waren verbiedt." Vermelding verdient nog, dat in de Bussumsche commissie niet voldoende eenstemmigheid was te verkrijgen om een ver ordening te ontwerpen en dat men niet verder kon komen dan de Raad te adviseeren aan Burgemeester en Wethouders het samenstellen daarvan te verzoeken. Verder komt het mij voor, dat de gemeente minder geschikt moet worden geacht om het winkelbedrijf te regelen, omdat dusdanige regeling vanuit naburige plaatsen heel gemakkelijk

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1935 | | pagina 809