820 28 NOVEMBER 1935. stellen zoo weinig blijkt te kosten, men niet eenige jaren eerder daarmede begonnen is. Hij spreekt de verwachting uit, dat de stukken nu ook inderdaad zooals in het voorstel wordt gezegd regelmatig in het bezit van de raadsleden zullen komen, d.w.z. telken male als er een raadsvoorstel gedrukt is en niet alle tegelijk in de laatste week vóór de raadsvergadering. Het voordeel, aan de nieuwe regeling verbonden, zal daardoor des te grooter zijn. De VOORZITTER zegt, dat de wensch van den heer Mabelis zeer begrijpelijk is, doch men moet zich even de tijdsverhouding indenken. De eerste twee weken na een raadsvergadering zal er wel iets gereed zijn, doch na de derde week tast zich het aantal stukken onwillekeurig op dit ligt voor de hand. Het zou anders zijn, als er een tijd ruimte van twee maanden tusschen iedere raadsvergadering was; nu is het niet altijd te voorkomen. Zonder verdere opmerkingen wordt alsnu con form het voorstel van Burgemeester en Wethou ders besloten. 29. Schrijven van Burgemeester en Wethouders, hou dende mededeelingen omtrent het gereedkomen van de gemeentebegrooting en de begrootingen van de instellingen en bedrijven, welke afzonderlijk worden beheerd, alle voor het dienstjaar 1936, met voorstel om over te gaan tot de samenstelling van de afdeelingen voor onderzoek en schrif telijk verslag. Nadat overeenkomstig dit voorstel is besloten, wordt door ieder lid, met uitzondering van de drie wethouders, die elk als voorzitter van een der afdeelingen zullen optreden, een nummer ge trokken, waarna blijkt, dat de afdeelingen zijn samengesteld als volgt

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1935 | | pagina 820