23 NOVEMBER 1935. 847 De heer VAN KEEP vraagt, wat destijds de bedoeling van den Raad is geweest: dat Burgemeester en Wethouders zouden komen met een salaris herziening of met een salaris- verlaging? Van het antwoord op deze vraag hangt het af, hoe hij zijn stem zal uitbrengen. Wethouder VAN BUITENEN voegt den heer Van Keep toe, dat hij zooeven heeft aangetoond, dat de Raad Burge meester en Wethouders destijds heeft opgedragen, met een salaris herziening te komen. De heer VAN DER VEN verklaart, tegen het voorstel van den heer fanssens te zijn, omdat hij vreest, dat, als men op het oogenblik een korting van 5 op de bestaande sala rissen gaat toepassen, er vanuit Den Haag nog eens een 5 korting zal worden opgelegd. Het voorstel van den heer Janssens wordt daarop in stemming gebracht en verworpen met 19 tegen 7 stemmen. Tegen: de heeren Van Houten, Martens, Mabelis, Van Buitenen, Crul, Pleyte, Kroon e, Meyvis, Brantjes, Kuylaars, Van Keep, Van der Ven, Heer, Gruys, Cohen, Loonen, Van Arendonk, Van Mierlo en Kooyman. Voor: de heeren: Broos, Meys, Spoelde r, Elich, Van der Werf, J a n s s e n.s en Struiken. De heer De Jong was bij deze stemming niet tegen woordig. 2 (Secretarie) wordt daarop onveranderd goedgekeurd en vastgesteld.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1935 | | pagina 847