18 DECEMBER 1935. 871 „Naar aanleiding hiervan hebben wij de eer U het volgende ,mede te deelen. „In de raadsvergadering van 9 Januari 1935, (zie gedrukte .notulen 1935, blz. 30 e.v.werd door ons prae-advies uit- .gebracht over het door den heer J. N. K r o o n e ingediende .voorstel, strekkende om de Regeering te verzoeken een toe- ,slag te mogen geven aan hen, die werkloosheidsuitkeering .ontvangen, indien die uitkeering lager is dan het bedrag, dat „zij, als zij niet uit de werkloozenkas zouden trekken, aan „steun zouden ontvangen. In dit prae-advies hebben wij doen „uitkomen, dat in het algemeen de kasuitkeering zoodanig be- „hoort te zijn, dat zij voldoende is om in de noodzakelijkste „behoeften te voorzien. Ook werd daarin gezegd, dat wij het „principieel onjuist achtten, een toeslag als toen werd voor gesteld, te verleenen en dat afwijking van het eenmaal in genomen standpunt slechts toelaatbaar was, wanneer aan neembaar kon worden gemaakt, dat de kasuitkeering niet „meer voldoet aan den eisch om te voorzien in de noodzake lijkste levensbehoeften. „Dat standpunt achten wij ook thans nog juist. Echter is „de toestand intusschen weer veranderd: de toen gemaakte „onderscheiding tusschen de personen onder A. en B. ge rangschikt, heeft minder beteekenis gekregen, omdat het „aantal personen tot de groep A. te rekenen, die dus vóór „hun trekken uit de kas een flinke werkperiode tegen behoor- „lijk loon achter den rug hadden, voortdurend kleiner wordt. „Zij, die eenmaal werkloos zijn, komen in de meeste gevallen „niet meer aan een flinke werkperiode toe. „En vervolgens zijn ook door vele werkloozenkassen de „uitkeeringen sindsdien verlaagd, zoodat vooral voor de groo- „tere gezinnen, waarmee bij die kassen geen rekening wordt „gehouden, reeds de eerste uitkeeringen te laag zijn geworden. „Uit hoofde van het voorgaande verklaren wij ons bereid „mede te werken aan het tot stand komen van een regeling, „welke het voorstel van den heer De Jong verwezenlijkt. „Betreffende de toepassing van deze regeling, welke in

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1935 | | pagina 871