914 18 DECEMBER 1935. E. „Met betrekking tot de amendementen door Mr. J a n s s e n s namens een commissie uit de R.K. Raads fractie ingediend, heeft de Commissie voor de Strafverorde- „ningen de eer Uw College te berichten, dat zij in haar gis teren daarover gehouden beraadslaging niet is getreden in ,,een beoordeeling van de moreele waarde der bepalingen, „doch slechts in de beoordeeling van haar juridische con structie en de mogelijkheid van haar toepassing en hand- „having in de practijk. „De besprekingen, die voornamelijk liepen over het nieuw „voorgestelde artikel 39, leidden tot het voorstellen eener „toevoeging aan dit artikel onder c.: „behoudens ter gelegen- „heid van zwemwedstrijden of zwemdemonstraties onder na- „der door Burgemeester en Wethouders te stellen voor- „waarden." „De bepaling immers, die wordt voorgesteld, kent geen „enkele uitzondering, terwijl deze toch voor wedstrijden en „demonstraties noodzakelijk is. Artikel 41. Accoord met het amendement. Het is nood zakelijk omdat men anders ook in een publieke zweminrich ting niet in badpak zou mogen loopen. „Artikel 41-bis. Accoord met hetgeen onder lo. wordt „voorgesteld. Wel is de in de toelichting bedoelde wetswij ziging nog niet een feit, doch naar alle waarschijnlijkheid zal „zij dit toch weldra zijn. „De Commissie meent de toevoeging, voorgesteld onder 2e. „te moeten ontraden, omdat het aanprijzen h.i. reeds vol- „doende is geregeld in artikel 451-ter van het Wetboek van „Strafrecht. „De voorgestelde artikelen 41-ter en 41-quater geven de „commissie geen aanleiding tot opmerkingen. „Artikel 48, voorlaatste lid. Deze wijziging is reeds van de „zijde van het college van Burgemeester en Wethouders voor gesteld. Zie het advies van het college op de amendementen „Heer. „Artikel 50. Accoord.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1935 | | pagina 914