14 28 JANUARI 1935. van Burgemeester en Wethouders, voor het jaar 1936 niet alleen geen bijzondere maatregelen als voor 1935 behoeven te nemen om te komen tot een sluitende begrooting, maar dat Burgemeester en Wethouders nu zelfs nog kunnen voor stellen een gedeelte van het overschot van 1934 te reser veeren, hetgeen toch voorzeker een goede tegenhanger is van het geven van minder goede uitkomsten van een ge deelte onzer bedrijven. En daarom, Mijnheer de Voorzitter, mogen wij ons tot op zekere hoogte nog gelukkig prijzen, dat wij, in tegenstelling met veel andere gemeenten, tot nu toe nog in staat zijn geweest onze begrooting sluitend te maken zonder Rijkshulp, waardoor wij zeker meer van onze zelfstandigheid hebben behouden. Laat ons hopen, Mijnheer de Voorzitter en Uw werken in het verleden is daar borg voor dat door U onder Gods zegen in 1936 weer het mogelijke zal worden gedaan om den nood onzer inwoners zooveel mogelijk te helpen verzach ten en zooveel mogelijk de welvaart te bevorderen. Ik wil niet eindigen, Mijnheer de Voorzitter, zonder ook voor het jaar 193Q mijn beste wenschen uit te spreken voor Mevrouw Van Sonsbeeck en Uw Kinderen, hopen de dat het jaar 1936 voor U en Uw Gezin in alle opzichten een gezegend jaar zal mogen wezen. De VOORZITTER dankt den heer Broos voor diens vriendelijke woorden en den Raad voor de instemming daar mede betuigd. Vervolgens deelt Spr. mede, dat van den heer Stru ik en bericht is ingekomen, dat hij verhinderd is deze vergadering bij te wonen. Daarop stelt Spr. aan de orde 1. Vaststelling van de notulen der vergadering van 23 No vember 1935. De, VOORZITTER zegt, dat die notulen, overeenkomstig het bepaalde in artikel 8 van het reglement van orde voor

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1936 | | pagina 14