13 FEBRUARI 1936.
167
De heer CRUL zegt, dat de heer M a b e 1 i s zijn stand
punt goed verdedigd heeft. Speciaal de café- en restaurant
houder? zullen met een bekorting van de kermis tot 5 dagen
instemmen, aangezien het hun veel kosten bespaart. Uit finan
cieel oogpunt zal het voor de Gemeente geen nadeel op
leveren. Spr. noemt het een unicum in den 'lande, dat de
kermis 8 dagen duurt; hij beveelt daarom het voorstel van
den heer Mabelis aan. Bezwaar is er voor de onmiddellijk
belanghebbenden met en evenmin voor de Gemeente. Spr.
vindt, dat Tilburg in deze tot leering kan strekken.
De heer VAN HOUTEN is van meening, dat de kermis als
volksfeest uit den tijd is. Spr. meent, dat er gerust een be
korting kan komen. Als tegen de crisis-oliebollen-kramen door
den middenstand wordt opgekomen, moet hij dat zeker doen
tegen de kermis, aangezien deze hem veel meer nadeel be
rokkent. Spr. gelooft bovendien, dat in de tegenwoordige
tijdsomstandigheden de meeste menschen blij zullen zijn,
als de kermis verdwenen is; onwillekeurig worden velen,
door het bestaan van de kermis, tot onnoodige uitgaven ge
dwongen. Spr. sluit zich daarom aan bij het voorstel van
den heer Mabelis, juist ook, omdat wel edeler vermaak
is te vinden dan het kermisvermaak.
De VOORZITTER zegt, dat het wel niet de bedoeling
zal zijn, dat de Raad direct besluit; deze zaak dient eerst
door Burgemeester en Wethouders te worden bekeken. De
kermis is een evenement, waarvoor de bevolking zich zeer
interesseert, en daarmede moet rekening worden gehouden.
Destijds is carnaval afgeschaft; kort geleden ook het ge
mengd baden; Spr. kan zich dat indenken. Maar nu gaat
men de kermis aanpakken. Hoewel de heer Mabelis steeds
met gefundeerde voorstellen ter tafel komt, moet hij zeggen,
dat dit thans niet het geval is. De heer Mabelis heeft
volstaan met het wegwerken van bezwaren, maar eigenlijke
argumenten om de kermis in te korten, heeft hij van hem
