13 FEBRUARI 1936. 183 Omdat ik meen te weten, dat de samenwerking tusschen tiet College van Burgemeester en Wethouders en het Comité, en inzonderheid tusschen de Voorzitters, van vertrouwelijkcn aard is. Dat het College het niet noodig vond, noch vindt zich met het Comité te verstaan, stelt mij dan ook teleur. Ik kan nu alleen nog de hoop uitspreken, dat het Oranje- Comité werkelijk Oranje-Comité zal blijven, dat het ook in de organisatie van zijn feestelijkheden zal trachten alle degenen, die Oranje liefhebben, in zich te vereenigen en hel mogelijk zal maken, dat die allen het hun sympathie en steun zullen kunnen blijven geven. De VOORZITTER zegt, dat de heer M a b e 1 i s deze zaak wat donker inziet. De kwestie is deze, dat het Oranje-Comité op Zondag feest heeft gevierd, ter herdenking van zijn 10- jarig bestaan. Op een Zondag in Juli is een concert gegeven door de Brusselsche Guides, hetwelk niets met den verjaardag van H.M. de Koningin had uit te staan en dat, onafhankelijk var. het gemeentelijk subsidie, is gegeven. Waarschijnlijk is dit concert op Zondag gegeven, omdat de Guides op een anderen dag onmogelijk daartoe gelegenheid konden vinden, liet gaat echter niet aan om aan een vereeniging eischen te stellen voor iets, wat tot stand komt onafhankelijk van de subsidie door de Gemeente verleend. Men moet niet ver geten, dat voor het betalen van het concert de gemeentelijke subsidie niet is aangewend. Men kan nu eenmaal niet zeggen: Gij moet nooit op Zondag festiviteiten organiseerenzekere vrijheid moet gelaten worden. Wel ligt zulks voor de hand als een wensch daartoe van een lid van het Koninklijk Huis zelf uitgaat. Hier had het concert niets met den verjaardag van H.M. de Koningin te maken. Spr. wijst er op, dat men nu eenmaal in de wereld is om zekere geschiktheid jegens elkaar aan den dag te leggen. Wanneer iemand een bepaalden dag niet wenscht, kan men toch moeilijk gaan zeggen, dat nu maar een verbod in het leven moet worden geroepen. Het eenige, waarvan hier sprake kan zijn, is, dat een ver-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1936 | | pagina 183