20
28 JANUARI 1936
14. Geloofsbrieven van het nieuwbenoemd raadslid J. J.
Kamp hu is.
De VOORZITTER stelt voor, dezen geloofsbrief te stellen
in handen eener commissie van drie leden, ter fine van onder
zoek en rapport,
Hiertoe besloten zijnde en op verlangen van
den Raad, dat de Voorzitter die commissieleden
zal aanwijzen, worden door hem als zoodanig
benoemd de heeren Van Ar endonk, M a b e-
lis en P ley te.
De vergadering wordt daarop voor eenige oogenblikken
geschorst, ten einde de Commissie gelegenheid te geven
den geloofsbrief te onderzoeken.
Na heropening der vergadering rapporteert de Commissie
bij monde van den heer Ivf a, b e lis, dat zij de overgelegde
stukken heeft onderzocht en in orde bevonden, weshalve zij
adviseert deze goed te keuren en te besluiten tot toelating
van den heer Kamphui s als lid van den Gemeenteraad.
Niemand der leden hiertegen eenige bedenking
te kennen gevende, noch stemming verlangende,
wordt dienoverkomstig besloten.
De VOORZITTER dankt de Commissie voor het gehouden
onderzoek en het uitgebracht rapport.
15. Schrijven van de Gedeputeerde Staten van Noord-
Brabant, d.d. 30 December 1935 G. no. 437b., houdende
uitnoodiging het oordeel van den Raad te doen kennen over
het met ingang van 1 April 1936 toepassen van een verla
ging van pl.m. 2y% pCt. op de wedden van Burgemeester,
Secretaris, Ontvanger en Wethouders dezer gemeente.
De VOORZITTER deelt mede, dat deze missive van de Ge
deputeerde Staten is doorgegeven aan de leiders der verschil-