28 JANUARI 1936
33
vermeerderen, maar óók de minder gegoeden eenigszins tege
moet te komen. Uit het prae-advies van Burgemeester en,
Wethouders blijkt, dat het gasverbruik niet toegenomen is.
Maar, in hoeverre zou het gasverbruik afgenomen zijn, als
die reductie eens niet verleend was Uit den toevloed van
aanvragen om den gewonen meter te vervangen door een
muntmeter is wel gebleken, dat de grens van de woninghuur,
waarbij gas over den muntmeter verkrijgbaar was, te hoog
was gesteld. Spr. wil, om misbruik te voorkomen, teruggaan
tot de vroegere grens van f4.- huur per week. Door het
voorstel van Burgemeester en Wethouders aan te nemen,
zou nadeel worden toegebracht aan degenen, wien verleden
jaar een voordeel is toegestaan. Spr. stelt daarom voor,
dat voorstel niet aan te nemen en de greins van de woning-
huur van f 6.terug te brengen op f 4.
De heer KOOYMAN zegt het volgende
Mijnheer de Voorzitter.
De aangevoerde gronden, waarop dit tarief zou moeten
worden verslechterd, lijken mij vooralsnog niet steekhoudend.
Het gewijzigde tarief bestaat één jaar en in dien korten tijd,
sterker nog, uit een proef van zes maanden, onmiddellijk na
de invoering, zou reeds zijn gebleken, dat het niet aan de
gestelde verwachtingen voldoet. Mijns inziens is deze conclu
sie wel een beetje te vlug getrokken. De proef is genomen
in het ongunstigste deel van het jaar, n.l. over de eerste helft.
Uit de jaarverslagen der voorafgaande jaren blijkt, dat er in
de tweede helft van eenig jaar steeds meer gas wordt ver
bruikt dan over de eerste helft, tot zelfs 4,5 pCt., w&t ook
voor; iedereen duidelijk is. In den winter wordt meer ge
bruik gemaakt van de kachel voor te koken, daar zij toch
moet branden voor verwarming. De verbruikers moeten er
toe gebracht worden, in het warme jaargetijde minder de
kachel te gebruiken.
Een motief om de bekende gunstige bepaling uit het ta
rief te halen, put Uw College uit de uitkomst van de proef: