try 22 JUNI 1936. 7 - 343 dienstjaar. Bij vergelijking van de exploitatie-rekening over dit jaar met de begrooting van een volgend jaar zou de Raad er wellicht over gevallen zijn. Het kwam ons daarom beter voor, uit hetgeen op den post, waaruit anders de lampen betaald worden, over bleef, een gedeelte van het voor de nieuwe versterkers benoodigde bedrag te betalen. Vandaar dat het crediet voor de aanschaffing met f 216,per ver sterker verlaagd kon worden. De VOORZITTER herinnert er aan, dat de reden, waarom volgens den aanvankelijken opzet de aanleg reeds in drie bedrijfsjaren moest worden afgeschreven, juist deze was, dat verwacht kon worden, in verband met de in ontwikkeling zijnde radio-techniek, dat er steeds hoogere eischen aan het bedrijf zouden worden gesteld. Jammer genoeg kon aan de bij den opzet bepaalde afschrijving niet de hand worden gehouden en komt men dus tot vernieuwingen vooraleer de stichtings- kosten zijn afgeschreven. Wil het bedrijf levensvatbaarheid houden, dan moet het aan de nieuwste eischen voldoen. De heer VAN ARENDONK dringt er bij Burgemeester en Wethouders op aan, steeds de nieuwste typen van toe stellen aan te schaffen, anders moeten zij na korten tijd weer door andere worden vervangen. Wethouder VAN DER WERF antwoordt, dat men het aan technici moet overlaten om te beoordeelen, welke toestellen dienen te worden aangeschaft. De heer VAN KEEP verklaart, dat nu is gebleken, dat de aanleg van het radiodistributiebedrijf niet in 3 jaar tijds kan worden afgeschreven, hij tegen het verleenen van alle ten behoeve van dat bedrijf gevraagde credieten is. Het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt daarop zonder hoofdelijke stemming aan genomen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1936 | | pagina 343