28 JANUARI 1936
37
over den gewonen meter gaat tegenwoordig dan ook met
groote moeilijkheden gepaard. Om groote groepen der bevol
king in dezen moeilijken tijd evenee>is in de gelegenheid te
steller, muntgas te verbruiken en het gasverbruik te doen
toenemen is men met dit voorstel gekomen. Spr. wil het
gaarne zien gehandhaafd.
Wethouder VAN DER WERF verklaart, dat hij aan de
woorden van den heer Van Ko-uten niet veel behoeft
toe te voegen. Het zwaartepunt ligt inderdaad in het streven
om het leveren van muntgas op ruimer schaal toe te passen,
niet zoozeer in de herroeping van de verleende reductie.
Het bespaart de Gasfabriek tevens veel administratie. Men
heeft den laatsten tijd inderdaad zeer veel moeite met de
inning der verschuldigde gelden voor levering va,n gas over
den gewonen meter. Er is dan ook een groote1 behoefte aaïi-
muntgas. De kleine luiden schaadt men niet door intrekking
der reductie dezen komen toch niet boven een verbruik van.
24 M8 per maand uit.
De heer BRANTJES merkt op, dat de zaak dus hierop
neerkomt, dat men, om aan meer menschen muntgas te kunnen
verstrekken, anderen het voordeel, dat hun verleden jaar is
toegekend, ontneemt. Spr. vindt dit onbillijk.
De heer KOOYMAN vindt het al te gek, dat men de men
schen gaat bevoordeelen om ze te benadeeien. Spr. gelooft
echter, dat er iets anders aan dit voorstel vast zit, namelijk-
om degenen, die in de woningen van Bouwvereenigingen
wonen en 20 cents voor een pijpleiding betalen plus meter-
huur, in de muntgaslevering te betrekken. Spr. heeft niets
daarop tegen zijn standpunt is in het algemeen, dat, als
men het verbruik van gas wil doen toenemen, men dit moet
doen, maar hij zou het muntgastarief willen houden, zooals
het thans is en alleen daaraan de bepaling willejn toevoegen,
dat het ook geldt voor een perceel, waarin een eigen gaslei
ding aanwezig is.