416 26 AUGUSTUS 1936. klasse in den Belcrumpolder is van groot voordeel voor de kleine kinderen. De verschuiving van de lagere school is de meest juiste weg. De heer HEER ziet het gevaar, dat op den duur in den Belcrumpolder een lagere school ontstaat, die er niet mag staan. Volgend jaar komt men om een 2e klasse. Men mag niet toelaten te ver te gaan. Wat betreft het gevaar van de overwegen, merkt Spr. op, dat dit zoowel voor meisjes als jongens bestaat. Hetzelfde gevaar bestaat trouwens ook voor andere dan Katholieke kinderen. Het gevolg hiervan is, dat de voorstanders van de openbare lagere school hun kinderen noodgedwongen naar de bijzondere school sturen en dit is toch niet de bedoeling van het bijzonder onderwijs. Op die manier krijgt men geleidelijk aan een nieuwe bijzondere school, zonder dat daarvoor de handteekeningen noodig zijn, welke anders vereischt worden voor het bouwen van een nieuwe school. Spr. heeft bovendien een goedkoopere manier aanbevolen. Hij wijst hierbij op de openbare lagere school aan de Boschstraat. De heer VAN HOUTEN wil ingaan op de woorden van den heer Brantjes. Deze veronderstelt, dat er bij de S.D.A.P.-fractie eenige antipathie was ten opzichte van dit voorstel. Spr. zegt, dat zijn fractie al meerdere malen ver- verklaard heeft geen enkel bezwaar te hebben tegen bijzon der onderwijs. In het Beginsel-programma staat zulks duide lijk. Het onderwijs-vraagstuk is opgelost door wijlen T r o e 1 s t r a. Deze kwestie is echter eenigszins anders. Het is toch volkomen recht om zijn afwijkende meening kenbaar te maken. Hier is geen sprake van antipathie. Het gaat alleen tegen den gang van zaken. Wethouder VAN BUITENEN sluit zich aan bij de woorden van den- Voorzitter. Uit het gesprokene door den heer Heer blijkt, welken eerbied hij heeft voor koninklijke be-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1936 | | pagina 416