\J"E 21 DECEMBER 1936. V 571 Comité gegund is aan een Haagsche firma. Spr. acht dit jammer, maar voor het oogenblik zal daar weinig meer aan te doen zijn. Wel is het misschien nog mogelijk gedaan te krijgen, dat de werkzaamheden worden uitgevoerd door Bredasche arbeidskrachten. Spr. verzoekt den Voorzitter zijn invloed hiertoe bij het Oranje-Comité alsnog te willen aan wenden. Wat de maaltijd betreft, Spr. is daarvan ook geen bewon deraar en zou liever iets anders daarvoor in de plaats hebben gezien. Echter is daarbij te bedenken, dat „iets anders" veel meer geld zal kosten. Indien de voorbereiding al zoo ver gevorderd is, dat men moeilijk meer anders kan doen, zal Spr. zich bij het geven van het feestmaal neerleggen. Tegen het verleenen van het extra-subsidie, als door Bur gemeester en Wethouders voorgesteld, heeft Spr. geen be zwaar. De VOORZITTER zegt toe, er bij het Oranje-Comité op te zullen aandringen, dat voor het uitvoeren van de verlich tingswerkzaamheden zooveel mogelijk Bredasche arbeids krachten worden gebruikt. De heer SPOELDER wenscht zich aan te sluiten bij het betoog, dat de heeren Van Keep en Van Arendonk hebben gehouden. Het is onjuist geweest firma's van buiten Breda tot in schrijven uit te noodigen. Het geld, dat uitsluitend in Breda verzameld was, had men in dienst van Breda moeten laten. Spr. acht het hier de plaats te zeggen, dat de houding van het Oranje-Comité niet alleen onder de electriciens, maar in den geheelen middenstand onrust en verwarring heeft ver wekt en spreekt namens den middenstand de verklaring uit, dat de geste van liet Oranje-Comité zeer misplaatst is. Het ligt voor de hand, dat Spr. het komende feest gaarne zoo groot mogelijk opgezet ziet, maar de bezwaren tegen de handelingen van het Oranje-Comité zijn zoo groot, dat Spr.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1936 | | pagina 571