21 DECEMBER 1936. KJ ^597 laten voorbijgaan., zonder er van gebruik te maken om de financiën der Gemeente te saneeren. De heer VAN ARENDONK betreurt het minder bruikbaar worden van het verslag der gemeente, omdat Burgemeester en Wethouders daaruit de lijst van jaarwedden der ambte naren en werklieden hebben weggelaten. Dit is jammer, omdat de raadsleden nu niet zullen kunnen nagaan, wat ieder van het personeel verdient. De VOORZITTER merkt op, dat men het aan de hand van den personeelstaat te zamen met de salaris-verordening steeds kan berekenen. De heer VAN ARENDONK kan dit slechts gedeeltelijk toegeven. Meermalen zijn er gegevens noodig voor deze becijfering, welke in het verslag niet voorkomen. Spr. ver zoekt alleen aan de raadsleden te zenden, jaarlijks, een ge- cyclostyleerde opgaaf van door het personeel verdiende loo- nen en salarissen. Voorts wenscht Spr. nog een andere opmerking te maken, alhoewel hij gaarne deze zaak nog nader zou hebben willen onderzoeken. Het betreft het doen van leverantiën aan de Gemeente. Nog onlangs besloot de Raad, alleen leverantiën te gunnen aan patroons, die partij zijn bijl eanig Landelijk Collectief Contract. Thans doet zich het geval voor, dat Burgemeester en Wethouders de loodgieterswerkzaamheden hebben gegund aan een loodgieterspatroon, die aan dezen eisch niet voldoet. Spr. verzoekt het College daarover den Raad nader in te lichten. De heer EI.ICH acht den gang van zaken met het uitbrei dingsplan niet geheel bevredigend. De wijziging zou een jaar geleden reeds gekomen zijn, maar heeft zich nog laten wachten. Thans verkeert het plan, volgens het College, in

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1936 | | pagina 597