21 DECEMBER 1936. 653 „lijden hebben, maar dat feitelijk in geen enkel land ook „niet daar, waar men van welvaart kan spreken de be volking als geheel in staat is de standaard te bereiken, die „van uit een wetenschappelijk oogpunt in 't belang der volks gezondheid gewenscht zou zijn. „Het ligt dus voor de hand, dat in zulke gevallen de oor- „zaab van ondervoeding niet te vinden is in gebrek aan levens middelen, maar veeleer in een verkeerde waardeering van „de beschikbare producten, waarvan een uitschakelen van „vaak de allerbeste het gevolg wordt". Ten slotte waardeert het rapport melk als het voornaamste product. Ook de heer Janssen, directeur van de R.K. Landbouw- winterschool te Roosendaal, wijst in een uitgebreid artikel in het Dagblad van Noord-Brabant op het groote nut van melkverstrekking aan schoolgaande kinderen. Hij schrijft o.a. „Het is ons bekend, dat er verschillende gemeenten in onze „provincie zijn, waar men ernstig overweegt om melk aan „de schoolkinderen te verstrekken. In de gemeente Zeven bergen ontvangen de schoolkinderen, naar we vernamen, „reeds een halven liter melk per dag. Een klein fleschje melk, „die door middel van een rietje door de kinderen wordt „opgedronken. „De gemeente Rucphen overweegt om hetzelfde te doen. „Laten we hopen, dat spoedig meerdere, neen alle plaatsen „zullen volgen." Intusschen: een aantal plaatsen zijn reeds overgegaan tot het verstrekken van melk aan schoolgaande kinderen. Als belangrijk motief voor deze melkverstrekking voert de heer Jansen o.a. nog aan, dat tal van kinderen 's morgens bijna zonder eten naar school gaan, zoodat het van groot; belang is, een l/2 L. voedzame melk zoo half in den voor middag te verstrekken. Mijnheer de Voorzitter. Ik hoop, dat ik hiermede het groote nut van melkverstrekking aan de kinderen op school heb aangetoond.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1936 | | pagina 653