kS 674 22 DECEMBER 1936. aan het Oranje-Comité, in totaal f 3500,met welk bedrag de post „Onvoorziene uitgaven" zal moeten worden ver minderd. Zonder eenige bedenking wordt de gevraagde machtiging verleend. De gemeente-begrooting van inkomsten en uit gaven voor het dienstjaar 1937 wordt alsnu, met inachtneming van de daarin aangebrachte wijzi gingen, zonder hoofdelijke stemming aangenomen. De VOORZITTER brengt dank aan de Wethouders, die bij de voorbereiding en de behandeling van de begrooting veel arbeid hebben verricht, en ook aan de ambtenaren, die daarbij betrokken zijn geweest en niet het minst aan den Raad, die op een zakelijke en vlotte wijzie er toe medegewerkt heeft om deze aangelegenheid tot een goed einde te brengen. Spr. hoopt, dat de begrooting in de practijk niet zal tegen-, maar zal meevallen en dat de gemeente Breda het buiten hulp van het Rijk zal kunnen stellen en wel in dq eerste» plaats door afneming van de werkloosheid, zoodat die geesel min der zwaar zal neerkomen op de bevolking; dat geve God. Ten slotte verzoekt Spr. de aandacht van den Raad voor een voorstel van Burgemeester en Wethouders, dat niet op de agenda voorkomt en dat betreft de overdracht van ge meente-eigendommen aan het Rijk in verband met den aanleg van een gedeelte van den z.g. rondweg om Breda (Bijlagen 1936, no. 298). Het spijt Spr., dat de Raad van dit voorstel geen kennis heeft kunnen nemen; het is eerst heden gereed gekomen. Niettemin verdient het aanbeveling, het nog heden af te doen. Het bedrag, dat hiermede voor het Rijk gemoeid is, is nog

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1936 | | pagina 674