28 JANUARI 1936. 7 J. M. MEIJVIS, A. A. J. M. LOONEN, A. BROOS, A. C. B. VAN ARENDONK, P. A. KUYLAARS, B. COHEN, J. J. "VAN BUITENEN en H. J. VAN DER VEN. Afwezigde heer Mr. A. A. M. STRUIKEN. Eén vacature. Voorzitterde heer Mr. Dr. W. G. A. VAN SONSBEECK, burgemeester. Secretarisde heer Mr. PH. I. E. VAN WOENSEL. De VOORZITTER opent de vergadering en houdt de vol gende rede Mijne Heeren, Indien de omstandigheden er al toe hebben geleid, dat de goede wenschen voor het aangevangen jaar, welke mij van Uw zijde, uit den kring onzer gemeentelijke ambtenaren en van talrijke ingezetenen bereikten, eerst thans in dezen Raad mijnerzijds weerklank kunnen vinden, toch kan en zal in deze vertraging niet worden gezien een gebrek aan gevoe ligheid voor de vriendelijke gedachte in die uitingen van medeleven gelegen. Van mijn erkentelijkheid er voor kan ik thans doen blijken ook door mijn hartelijken wensch uit te spreken, dat het U en Uw gezinnen goed ga, Gods zegen U bevrijd houde van groote zorgen dit zal U al mede beter in staat stellen, de taak van gemeentebestuurder met kracht en toewijding te vervullen. Het ware in herhaling treden er op te wijzen hoe ook onze gemeente in dezen moeilijken tijd in bijzondere mate die kracht en toewijding behoefteen levendige, zich ont wikkelende gemeente heeft bij haar zucht naar vooruitgang thans meer dan ooit bezwaren te overwinnen een groot deel der burgerij leeft in zorgen, waarvan deels terecht doch nog meer ten onrechte verlichting van gemeente-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1936 | | pagina 7