12 FEBRUARI 1936. 81 bijzonder met betrekking tot de felst geslagen crisis-slacht offers raken ons allen. We hebben met genoegen geconstateerd, dat met betrek king tot verschillende werken een onderzoek zal worden in gesteld. We vertrouwen er op, dat op een en ander ook de daad zal volgen en daaraan dus uitvoering zal worden ge geven. Gaarne vernemen wij, wat Burgemeester en Wethouders zich hebben voorgesteld van de uitvoering van een bepaald werk met steun van het werkfonds. Naast martelende materiëele onmacht van duizenden noeste, nijvere werkers en heldere denkerskoppen dreigen groote geestelijke goederen verloren te gaan. Het beschavingswerk, door vroegere geslachten ons overgedragen, hebben wij ver der voort te zetten onder democratisch zelfbestuur. Waar de armoede heerscht, daar neemt de criminaliteit sterk toe en wordt een zeker deel van de bevolking bedreigd met een langzaam, doch onheilspellend, steeds dichterbij komend af zakken naar het pauperisme. Zoo ontstaat een voedingsbodem voor het extremisme van links en van rechts. De leer van het vrije spel der economische krachten heeft voorgoed afgedaan. Allerwege dringt de roep om ordening steeds sterker door en den strijd daarvoor zal hij winnen, want ook na het luwen van de ergste verschijnselen van diep verval zullen de dan eertijds getroffen maatregelen worden gehandhaafd en aldus inluiden den overgang naar een andere structuur van onze maatschappij. Wij mogen en zeiden zulks reeds de Regeering ver antwoordelijk stellen voor het door haar tijdens deze crisis gevoerde beleid, waarin het getal werkloozen tot over het half millioen is gestegen: vrucht van het aanpassen! We bevelen in dit verband ter nadere bestudeering gaarne aan, de richtlijnen, aangegeven door een andere politiek, een politiek, die er op gericht is, de koopkracht van ons volk te verhoogen. In het Plan van den Arbeid worden mogelijk heden geopperd, waardoor de koopkracht zich weer kan

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1936 | | pagina 81