108 29 APRIL 1937.
De VOORZITTER: Dit is thans niet aan de orde.
De heer VAN ARENDONK wilde dit toch hieraan vast-
knoopen, omdat de caféhouders het als een verzwaring van
de op hun bedrijven drukkende lasten aanvoelen. De perso-
neele belasting behoort ten opzichte van de koffie huisbedrij
ven verlicht te worden. Bij de debatten over de begrooting
voor 1936 is de mogelijkheid daartoe aangegeven door den
heer S p o e 1 d e r deze heeft toen namelijk voorgesteld, de
tarieven der personeele belasting voor den grondslag „mo
torrijtuigen" te verhoogen. Hoewel verzocht was, daarover
vóór 1 September 1936 prae-advies uit te brengen, is dit
niet gebeurd. De zaak is dus nog steeds hangende. Spr.
hoopt, dat er nu vóór 1 September e.k. een voorstel van
Burgemeester en Wethouders komt om de personeele be
lasting voor de caféhouders te verlichten.
De VOORZITTER zegt, dat voor het oogenblik daarop
geen uitzicht is. Spr. wil wel de toezegging doen, deze aan
gelegenheid bij de begrooting voor 1938 onder de oogen
te zullen zien. Onder de huidige omstandigheden zou een
belastingverlaging toch geen genade vinden bij hoogere in
stanties.
De heer LOONEN wijst er op, dat de terrassen vóór de
café's alleen in de zomermaanden gebruikt worden. In ver
band daarmede vindt Spr. het onbillijk, het daarvoor ver
schuldigde recht over een jaar te berekenen; immers, het
gebruik van openbaren gemeentegrond heeft in dit geval
slechts over vier maanden plaats. Spr. vraagt, of het daarom
niet mogelijk is, een ander tarief toe te passen, b.v. f 0,60
per M2., in plaats van f 1,
Wethouder VAN MIERLO merkt op, dat, ten behoeve
van de minder-draagkrachtigen, ook een tarief voor een
maand in de verordening is opgenomen. Bij het tarief is