29 APRIL 1937. /N 117
van de school was zoodanig, dat zij openstond voor leer
lingen van iedere gezindte en derhalve voorzag in alle be
hoeften. Breda heeft destijds een voorschot van f 67.000,
gegeven in de bouwkosten, waarop f 20.000,is afgelost.
Nadien heeft Breda nog eens een renteloos voorschot van
f 18.000,verstrekt voor uitbreiding van de school; de
bouwkosten daarvan bedroegen f 25.000,De rest heeft
de Congregatie zelf bijeengebracht; zij heeft de inrichting
van de school zelf bekostigd, ook die van het bijgebouwde
gedeelte. Breda gaf als tegemoetkoming in de kosten f 28,50
per leerling.
Nu doet zich het geval voor, dat er voor uitbreiding van
de school een nieuw lokaal noodig is. Het schoolbestuur
wendt zich tot Breda om hulp in de bouwkosten de kosten
van inrichting worden weer uit eigen middelen betaald
en nu wil het Gemeentebestuur zich terugtrekken onder het
motief, dat de uitbreiding voornamelijk noodig is wegens
tjoeneming van het aantal leerlingen uit buitengemeenten.
Het schoolbestuur moet dus maar zien, dat het van die ge
meenten de kosten der uitbreiding betaald krijgt. Dit is nu
wel heel aardig gezegd, maar Breda heeft het genot van de
school. En al is nu, door het accrès der buitenleerlingen, in
den laatsten tijd de verhouding voor Breda wat ongunstiger
geworden, dit mag toch geen reden zijn om zich geheel terug
te trekken. Waar 3/4 van het aantal leerlingen uit Breda komt,
had men ten minste kunnen voorstellen, de kosten der uit
breiding pondspondsgewijze over Breda en de buitengemeen
ten te verdeelen. Maar, den Raad voor te stellen, niets te
geven, is toch wel wat te erg; het viel Spr. dan ook zeer
tegen.
Men moet hierbij ook wel bedenken, dat de buitengemeen
ten ook voor hooge kosten zitten; zij hebben, behalve de
vergoeding per leerling, nog de vervoerkosten te betalen.
Ginneken heeft 8 leerlingen op de school en betaalt f 28,50
per leerling, Teteringen en Terheijden hebben ieder 5 en
Princenhage heeft 8 leerlingen op de school; zij betalen