29 APRIL 1937. 127
;r de
medewerking is ondervonden. Spr. geeft toe, dat de zaak
niet meer zoo klemt als vóór eenige jaren, maar men moet
:risis-
niet vergeten, dat er altijd nog vele arbeiders zijn, die van
irium
hun steunuitkeering een bedrag hebben afgezonderd voor
in de
het Ziekenfonds. Spr. vreest, dat het Ziekenfonds, tengevolge
i wèl
van zijn handelwijze, meerdere leden zal verliezen, die dan
voor 100% ten laste van de Gemeente zullen komen. Dit
iheer
zal er z.i. toe leiden, dat men later toch uog op de zaak
c
rking
terug zal moeten komen.
juist,
Indertijd is een enquête ingesteld met het doel om te weten
aerde
te komen, hoeveel steuntrekkenden nog aangesloten waren bij
at er
het A.A.Z.B. en bij hoevelen er nog geneigdheid bestond om
l om
zich weer bij dat fonds aan te sluiten, als er een regeling zou
worden getroffen. Spr. weet niet, of die enquête van Burge
han-
meester en Wethouders is uitgegaan. Voor zoover hem be
kend, is noch in den Raad, noch elders iets omtrent den uit
slag dier enquête medegedeeld.
ngen
n bij
Wethouder VAN MIERLO verklaart, dat het College van
;pon-
Burgemeester en Wethouders zich kan aansluiten bij de uitin
rking
gen van misnoegen over de wijze, waarop deze aangelegen-
Bur- heid door het Fondsbestuur is behandeld. Het College heeft
orn-
er prijs op gesteld, de met het A.A.Z.B. gevoerde correspon
rede-
dentie aan den Raad over te leggen; men kan dan zien, dat
i het
het niet aan Burgemeester en Wethouders ligt, dat men niet
zoo-
tot een oplossing is gekomen. Als men reeds in 1934 de zaak
vóór
aan het rollen heeft gebracht en men krijgt dan na ongeveer
te de
drie jaar onderhandelen een brief, waarin vermeld wordt, dat
ïatig-
er zoo veel practische bezwaren zijn om een goede regeling te
ioopt
treffen, terwijl in talloos andere gemeenten reeds geruimen
;den,
tijd een regeling tot aller voldoening werkt, dan kan men
daaruit toch zeker wel de conclusie trekken, dat er van die
zijde heel weinig te bespeuren is van eenige neiging om tot
van
een oplossing te komen.
deze.
Op de vraag van den heer Van der Ven: waarom
einig alleen met het A.A.Z.B. onderhandeld is, antwoordt Spr.,