yvy 130 \J 29 APRIL 1937. De heer MEIJVIS zegt, dat eenige jaren geleden al is toegezegd, dat er in den Boeimeerpolder spoedig nieuwe sportvelden zouden worden aangelegd. Spr. dringt er op aan, er zorg voor te dragen, dat die terreinen gereed zijn vóórdat de Voetbal vereeniging „Breda" haar veld ontruimen moet. Men moet niet vergeten, dat er voor die Vereeniging ook veel kosten mede gemoeid zijn geweest om een goed terrein te verkrijgen; zij heeft al tweemaal moeten verhuizen. De VOORZITTER verklaart, dat Burgemeester en Wet houders zullen trachten, de nieuwe eigenares van het terrein over te halen om het voorloopig nog bij de Voetbalvereeni- ging „Breda" in huur te laten. Wat den aanleg van de nieuwe sportvelden betreft, zegt Spr., dat daarmede niet kan worden aangevangen vóórdat de oude arm van de Aa of Weerijs gedempt is. Zulks in snel tempo uit te voeren, vereischt veel kosten. Zonder verdere bedenkingen wordt daarop con form liet voorstel van Burgemeester en Wethou ders besloten. 19. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot het geven van namen aan in de omgeving van het nieuwe ge bouw der Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Wes telijk Noord-Brabant en van het Burgemeester van Sonsbeeck- park aan te leggen wegen (Bijlagen 1937, no. 79). De heer LOONEN kan zich over het algemeen wel met de voorgestelde straatnamen vereenigen. Hij zou daarin echter een vereenvoudiging willen aanbrengen door den naam „Joost van den Vondelstraat" te wijzigen in: „VON DELSTRAAT"; ieder weet dan toch wel wien men daar mede op het oog heeft. De VOORZITTER zegt, dat daartegen van de zijde van Burgemeester en Wethouders geen bezwaar bestaat.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1937 | | pagina 130