14 \j 11 FEBRUARI 1937.
malen te kennen gegeven, dat zij prijs stellen op het behoud
van de veemarkt. Het zou ook daarom te betreuren zijn,
indien de markt moest worden opgeheven. De dienst is
gaarne bereid aan eventueele verlangens van betrokkenen
tegemoet te komen. Het is te hopen, dat de belanghebbenden
eveneens krachtig willen medewerken om het bestaan van
de veemarkt te verzekeren.
Het aantal vaartuigen, die Breda in 1936 aandeden, was
3488 tegenover 3450 in 1935. De lig- en bruggelden bleven
dan ook nagenoeg onveranderd.
De aanvoer van bouwmaterialen per vaartuig liep in 1936
terug.
De toestand der gemeente blijkt overigens uit de cijfers
van de onlangs behandelde begrooting. 1 Januari 1937
telde Breda 49794 inwoners. De toename der bevolking
bedroeg in 1936 slechts 364. Dit vindt zijn oorzaak in twee
feiten. Ten eerste vertrokken 4025 personen naar elders,
terwijl 3875 personen werden ingeschreven. Ten tweede is
het geboortecijfer eenigszins dalend als gevolg van den
economischen toestand. Het sterftecijfer is laag, vermoedelijk
iets lager dan het gemiddelde sterftecijfer van Nederland.
Hoe sterk maatregelen en omstandigheden de diensten
van de gemeente kunnen beïnvloeden moge blijken uit het
volgende voorbeeld. Op 1 Januari 1936 waren uitgegeven
1699 kaarten met totaal 7398 personen voor vrije genees
kundige behandeling.
Tengevolge van de wijzigings-verordening van Maart 1936
daalden deze cijfers, zoodat zij 1 October respectievelijk
1621 en 6771 bedroegen. De suikercampagne deed toen haar
invloed gelden. 1 December waren de cijfers nog verder
gedaald tot 1611 en 6709.
De verordening van 8 December en het einde van de
suikercampagne brachten eene stijging tot 1745 kaarten met
7229 personen.
De gezondheidstoestand was over 1936 zeer goed. Wel
nam het aantal personen, die aan besmettelijke ziekten