15 JUNI 1937. 181
gens hem niet ten onrechte) meenen, dat dit stelsel niet tot
model van een bedrijfsorganisatie kan worden verheven.
De bovengeschetste methode te volgen bij de prijspoli
tiek kan moeilijk worden vrijgepleit van groepsegoïsme. Het
opvoeren van de prijzen tot hetgeen men noemt de maximum
waardeering is moeilijk in overeenstemming te brengen met
een gemakkelijke behoeftevoorziening van hen, die buiten
het bedrijf staan, n.l. de afnemers, hetgeen de heer W i b a u t
de woorden in den mond gaf, dat deze economische bedrijfs
organisatie wèl een paradijs is voor den producent, doch een
woestijn beteekent voor den consument.
En al zal, ter voldoening aan sociale bepalingen, een geor
ganiseerd patroon hooger moeten inschrijven dan een on
georganiseerde, dit behoeft toch m.i. zeker geen 70 a 100%
te bedragen, al ben ik het met den heer H,e.er eens waa'r
hij zegt: „Wanneer een werk aan den laagsten inschrijver
„wordt gegund, bestaat er een oneerlijke concurrentie tus-
„schen georganiseerde en ongeorganiseerde patroons en is
„het voor een georganiseerden patroon niet mogelijk een
„order te krijgen."
Doch de Federatie kan hierin gemakkelijk verandering
brengen, n.l. door bij inschrijvingen de vrije concurrentie
tusschen haar leden toe te laten, zoodat er dan voor dezen
Raad vermoedelijk geen bezwaar meer zou bestaan, het
gemeente-drukwerk uitsluitend aan de leden der Federatie
te geven. Zoolang de Federatie echter de vrije concurrentie
tusschen haar leden niet wil toestaan, bestaat er m.i. bezwaar
andermaal aan de Federatie het recht te geven, voor het
te leveren drukwerk ons gemeente-bestuur tarieven op ie
leggen (met uitsluiting van elke andere mededinging), waar
van de billijkheid alleen en uitsluitend door het Federatie
bestuur wordt beoordeeld.
Nog bezwaarlijker wordt het ons, zulks toe te staan, als,
volgens den heer Van Buitenen, die tariefsregeling
zóó buitengewoon ingewikkeld is, dat zij door een leek niet