284 3 SEPTEMBER 1937. De VOORZITTER verzoekt den Secretaris, den heer L a u r e ij binnen te leiden. Hieraan voldaan zijnde, worden door den heer La ure ij in handen vafi den Voorzitter achtereenvolgens afgelegd de eed van zuivering en de eed van trouw, bedoeld in artikel 45 der Gemeentewet. De VpORZITTER heet daarop den heer La ure ij wel kom in den Raad en spreekt de hoop uit, dat het hem gege ven moge zijn, mede te werken tot den bloei van de Gemeente en dat hij de hier heerschende aangename sfeer van samen werking zal helpen handhaven. Vervolgens verzoekt Spr. den heer L a u r e ij in de vergadering plaats te nemen. De heer LAUREIJ dankt den Voorzitter en neemt daarop zitting. 2. Vaststelling van de notulen der vergaderingen van 15 en 29 Juni j.l. De VOORZITTER zegt, dat deze notulen, overeenkomstig het bepaalde in artikel 36 van het reglement van orde voor den Gemeenteraad, ter inzage voor de leden hebben gelegen en hun bovendien in clruk zijn toegezonden. Spr. vraagt, of iemand der leden eenige bemerkingen daartegen in het mid den heeft te brengen. Dit niet het geval zijnde, worden opgemelde notulen daarop ongewijzigd goedgekeurd en vast gesteld. 3. Besluiten van de Gedeputeerde Staten van Noord- Brabant, als: a. d.d. 26 Mei 1937, G. no. 189, houdende goedkeuring van het raadsbesluit van 29 April j.l., tot wijziging van de gemeente-begrooting voor het dienstjaar 1936;

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1937 | | pagina 284