3 SEPTEMBER 1937. 315 &IA delen en met eigen risico wordt gesticht. Voor zoover dit de stichting betreft, is het juist; voor de rest is het maar betrekkelijk. In de eerste plaats moet de Gemeente de huur der lokalen betalen en in de tweede plaats de kosten van het onderwijs. De voornaamste vraag voor Spr. is echter uitein delijk: Is het noodig, dat er in den Belcrumpolder een school komt? Dit nu meent Spr. ernstig te moeten betwijfelen; im mers het leerlingen-aantal van de St. Teresiaschool aan de Etnastraat loopt achteruit. De heer M a b e 1 i s veronderstelt, dat Spr. aanneemt, dat dit op kunstmatige wijze geschiedt. Zulks is echter een logisch gevolg van het stichten van de school in den Belcrumpolder. Ook andere scholen worden de dupe. De gemakzucht van sommige ouders speelt daarbij een rol. Dezen laten hun kinderen, die op een open bare school thuis hooren, naar de bijzondere school gaan, nu deze dichter in de buurt is. Had de Gemeente daar een openbare school gesticht, dan was die ook volgeloopen. De heer Bran tj es, die den loop van zaken heeft verdedigd met een beroep te doen op het gevaar van den overweg, moet dan ook wel bedenken, dat dit evenzeer geldt voor de in den Belcrumpolder wonende kinderen, die op de openbare school thuis hooren. Het is echter de vraag, of men dit het gevaar van den overweg bij het vestigen van een school moet beoordeelen. In dit verband vraagt Spr., of Burgemeester en Wethouders bereid zijn, het stichten van een openbare school in den Belcrumpolder te bevorderen. Wethouder VAN MIERLO zegt te gelooven, dat het cle openbare school is, welke den heer Heer wringt. Spr. her innert in dit verband aan een vergadering van de Vereeniging voor Volksonderwijs van enkele jaren geleden, waarin met eenig enthousiasme werd verkondigd, dat, mede dank zij de actie van die vereeniging, het stichten van een bijzondere school in den Belcrumpolder verhinderd was. Men moet het echter niet voorstellen, alsof hier op slinksche wijze wordt getracht te bereiken, wat langs wettelijken weg niet verkregen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1937 | | pagina 315