366 w12 OCTOBER 1937.
Fegende heeren Cohen, de Jong, Kamphuis,
Van Houten, Heer, Gruijs, Broos Me ij vis,
Mabelis, Pleijte, Van der Werf, Spoelder,
Kroone, Struiken, Janssens, Van der Ven,
Meijs, Loonen, Van Mierlo en Van Keep.
Voor: de heeren Laureij, Brantjes, Van Aren-
donk, Elich, Van den Wijngaard en Kooijman.
Ten slotte wordt het voorstel van Burgemeester
en Wethouders zonder hoofdelijke stemming aan
genomen.
23. Schrijven van Burgemeester en Wethouders, daarbij
ter goedkeuring aanbiedende de rekening van het Burgerlijk
Armbestuur over het dienstjaar 1936.
De VOORZITTER geeft in overweging, deze rekening ter
fine van onderzoek en rapport te stellen in handen van een
commissie van drie leden.
Daartoe besloten zijnde en op verlangen van
den Raad, dat de Voorzitter die leden zal aanwij
zen, worden door hem ais zoodanig benoemd de
heeren Brantjes, Cohen en Pleijte.
24. Schrijven van Burgemeester en Wethouders, daarbij
ter voorloopige vaststelling aanbiedende de rekening der Ge
meente over het dienstjaar 1936 (Bijlagen 1937, no. 228).
De VOORZITTER geeft in overweging, deze rekening ter
fine van onderzoek en rapport te stellen in handen van een
commissie van drie leden.
Daartoe besloten zijnde en op verlangen van
den Raad, dat de Voorzitter die leden zal aanwij
zen, worden door hem als zoodanig benoemd de
heeren Mabelis, M e ij s en Heer.