2 DECEMBER 1937.
493
centage kinderen, dat om medische of andere redenen, niet
mee kan gaan. Die kinderen blijven dus op school en moeten
bezig gehouden worden, maar door wie, als de onderwijzer
weg is? Spr. betreurt dit wel, aangezien hij van het grooie
nut van het schoolbad ten volle overtuigd is. Meermalen is
deze zaak met de schoolhoofden besproken, maar men wii
er nu eenmaal niet aan.
De heer COHEN betoogt, dat het onderzoek naar de be
reidheid van de ouders zeer serieus behoort te geschieden.
Het komt onbegrijpelijk voor, dat van de school-Boschstraat
zich alle kinderen opgaven en van de school-Keizerstraat
vrijwel geen. Spr. kan zich niet voorstellen, dat van de onderwij
zers geen medewerking te verwachten is. Dezen behoeven er
zich toch niiet voor te schamen, met de kinderen over de straat
te loopen. Op nationale feestdagen doen ze dat ook.
De VOORZITTER heeft er geen bezwaar tegen, indien
blijkt, dat het onderzoek niet nauwkeurig genoeg is ingesteld,
dit nogmaals en dan beter te doen plaats hebben, doch ver
wacht daar niet veel resultaat van. De moeilijkheid van liet
personeel blijft bestaan. Mogelijk kan de Vereeniging voor
Volks- e,n Schoolbaden hier helpend optreden, door b.v.
toezichthoudend personeel te leveren. Dit ware alsnog te
onderzoeken.
De post wordt alsdan zonder verdere bedenkin
gen goedgekeurd.
Volgno. 412 C. Kosten van maatregelen, ge
nomen krachtens de Besmettel ij ke Ziekten-
we t.
De heer SPOELDER zegt, het raadsbesluit van 18 Juli
1936, dat Burgemeester en Wethouders in de Memorie van
Antwoord genoemd hebben, niet te hebben kunnen vinden