528 M 2 DECEMBER 1937.
door de Regeeringsbemoeiing met betrekking tot het toeken
nen van de steunbedragen en de veranderde omstandigheden,
in den loop der jaren het karakter van charitatieve hulp door
het Burgerlijk Armbestuur voor een zeer groot deel is ver
anderd. Moet dit geen aanleiding zijn om van dit verouderd
woord Burgerlijk Armbestuur afstand te doen? Waar
de oorspronkelijke opzet van het Burgerlijk Armbestuur lang
zamerhand volledig is gewijzigd geworden en de zelfstandig
heid van die instelling, welke eertijds bestond, doordat zij
zelf de beschikking had over belangrijke bronnen, grooten-
deels is verloren gegaan, moet het antwoord op die vraag
bevestigend luiden. De door het Burgerlijk Armbestuur ge-
steunden vormen thans een belangrijke, groote andere groep
van personen, die gesteund worden volgens door de Regee
ring vastgestelde normen, namelijk de valide werkloozen.
De eigen middelen van het Burgerlijk Armbestuur zijn daar
voor niet meer toereikend; de Gemeente moet groote be
dragen beschikbaar stellen, zoodat alles onder eigen verant
woordelijkheid van den Raad en Burgemeester en Wethou
ders dient te geschieden. De heer Kroone wil eerst later
daartoe overgaan, doch naar de meening van Spr. en zijn
fractiegenooten is juist deze tijd rijp daarvoor. Zij kunnen
zich dan ook volkomen vereenigen met de woorden, door
Burgemeester en Wethouders van Eindhoven in 1934 tot den
Raad gesproken. Dezen motiveerden namelijk hun voorste!
tot omzetting van het Burgerlijk Armbestuur in een dienst
voor M.H. met een beroep op het feit, dat de steeds toene
mende bemoeiingen van het Burgerlijk Armbestuur meer en
meer verantwoording in het leven riepen. In 1934 nam Eind
hoven die beslissing; ook voor Breda was het tijdstip daarvoor
al eerder aangebroken in verband met de gewijzigde vertiou-
dingen, waardoor de verantwoordelijkheid meer bij den Raad
behoort te liggen. Daarom is Spr.'s fractie nu met een omlijnd
voorstel gekomen. Het komt haar beter voor, juist nu de
crisis gaat wijken tot de omzetting Over te gaan, dan kan
daaruit later in normale tijden een dienst voor sociale zaken
