26 APRIL 1938. 117
De heer MABELIS merkt op, dat inderdaad sinds 1934,
toen er een tekort van f 1100,was, elk jaar een gemeente
lijke garantie is verleend. Het tekort schijnt nu echter zoo
langzamerhand weggewerkt te zijn; uit het financieel verslag
over 1937 blijkt zelfs, dat er een vrij belangrijk voordeelig
saldo is. Onder die omstandigheden komt het Spr. onnoodig
voor, nog een garantie in een eventueel nadeelig saldo te
geven. Natuurlijk loopt dan het voordeelig saldo over 1937
gevaar aangesproken te moeten worden, maar als men zich
zelf kan bedruipen, is het niet noodig een beroep te doen op
de gemeentekas. Indertijd heeft de Vereeniging zelf een ga
rantiefonds van f 700,gevormd, waartegenover een gemeen
telijke garantie van slechts f 300,stond. Waar de zaken zoo
staan, kan men z.i. de Gemeente wel buiten schot laten.
De VOORZITTER gelooft, dat het voordeelig saldo over
1937 wel niet zoo groot zal zijn. In een jaar tijds is men er
trouwens niet bovenop, wanneer men zoovele jaren een tekort
heeft gehad. Het gaat dan ook niet aan, na één voordeelig
jaar geen gemeentelijke garantie meer te verleenen.
De heer MABELIS vreest, dat men een eventueel deficit
van het te houden concours-hippique geheel ten laste van
de garantie 1938 zal laten komen en het voordeelig saldo 1937
ongerept zal willen behouden.
De VOORZITTER zegt, dat hiertegen kan worden ge
waakt door in de voorwaarden, waaronder de gemeentelijke
garantie wordt verleend, op te nemen, dat het voordeelig
saldo 1937 moet worden betrokken in de dekking van een
eventueel deficit over 1938.
Met inachtneming van deze aanvulling der voor
waarden, wordt het voorstel van Burgemeester en
Wethouders tot het verleenen eener gemeentelijke
garantie in een eventueel deficit van het in 1938
te houden concours-hippique, zonder hoofdelijke
stemming aangenomen.