126 26 APRIL 1938.
belang van een vlotten gang van zaken, enkele bestuursbe
voegdheden aan hen over te dragen, de Raad dit met genoe
gen heeft gedaan. Daarom doet het nu niet prettig aan, dat
Burgemeester en Wethouders verder gaan dan indertijd door
den Raad is toegestaan en van de weinige bevoegdheden, die
dit college nog resten, er nog een afnemen. Dezer dagen kon
men namelijk in een bekendmaking van Burgemeester en Wet
houders lezen, dat zij waren overgegaan tot het instellen van
een hondenmarkt. Nu behoort het instellen van markten en
het vaststellen van marktdagen volgens de Gemeentewet tot
de bevoegdheden van den Raad. Spr. gelooft, dat dit ook ge
daan is om de controle van Gedeputeerde Staten over de
markten in hun gewest te vergemakkelijken. Het heeft hem
zeer getroffen, dat Burgemeester en Wethouders zoo maar
eigenmachtig besloten hebben om des Zaterdags op den Nieu
we Haagdijk hondenmarkt te houden.
De VOORZITTER antwoordt, dat hetgeen de heer
Brantjes te berde heeft gebraent, in feite van zeer on-
noozelen aard is. Het betreft alleen het uitbreiden van het
aantal artikelen, hetwelk op de Zaterdagmiddagmarkt te
koop mag worden aangeboden. Als de Raad daarop bijzonder
prijs stelt, kan hem nog een desbetreffend voorstel worden
gedaan.
De heer BRANTJES verklaart, niet te hebben kunnen vin
den, wanneer de Zaterdagmiddagmarkt is ingesteld geworden.
Spr. betwijfelt dan ook, of dit indertijd wel door den Raad
is geschied.
De VOORZITTER merkt op, dai, ais de heer Brant-
j e s niet heeft kunnen vinden, wanneer de Zaterdagmiddag
markt is ingesteld geworden, hij ook niet kan weten, welke
artikelen daar te koop mogen worden aangeboden.
2. De heer MEIJVIS vraagt, of het Burgemeester en Wet
houders bekend is, dat de prijs van de aardappelen de laat-